IISG

Vorige pagina | Volgende pagina
Marten aan huisgenoten (familie), 5 juni 1898 (Troelstra- archief inv.nr. 366/59-60)

Doen vooral de groete van mij aan de personen waar over gij schrijft, als gij met hen in aanraking komt het zij per brief of in persoon. Vervelen kan ik nu juist niet over klagen, maar gij begrijpt dat ik smacht naar de vrijheid, maar om gratie smeeken dat doe ik nooit! ik zal mij nooit vernederen om mijn beklagers te rechtvaardigen. Neen ik wil liever ophouden te bestaan; want dan weet ik vast dat mijn leven verpest is; en gij moet het voor mij ook nooit doen moeder! want ik zou geen uur meer gelukkig leven en mij zelf alle dagen beklagen. ook vraagt gij naar het vonnis van de rechtbank? Ik heb daar een heele poos geleden naar gevraagd. Ik geloof van aan van Welderen baron Rangers deze heeft zich omdraaiende gezegd, ja daar heb jou vroeger ook all eens naar gevraagd. En later ben ik er niemand om lastig vallen. N.B. hij heeft ook gezegd het te zullen voorstellen. Die vent waar gij van spreekt die zich te Bolsward voor een broer van ons voordeed, om ons te belagen, is wellicht een gezant van CS Heg. Nu geloof ik dat ik u vragen beantwoord heb. 'k Heb van middag (Zaterdag) je bief ontvangen en mijnheer heeft hem zoo pas 8 uur gehaald om hem aan K te geven. Ik maak op 't oogenblik bewaarders overjassen, k ben met de eerste begonnen. Gij moet mij later als eens doen te weten wie die mijnheer van Amsterdam was. Omtrent de komst van Ds. Hissing is mij niets bekend. Ik ben pas buiten geweest. Heerlijk weer. Ja dan draait mijn hart in mijn lijf zich om. en dat men die heerlijke vrije natuur moet ontberen, om niets anders, dan eene rechterlijke misslag. Maar het einde komt altijd eenmaal houdt maar goeden moed. Is Wietske Swart al getrouwd met Feike Kuikhof? Kom nu eens hooren Ds. Jus is aan het woord. Deze kunt gij zoo wel naar Amerika sturen. Na groetem etc. W. Hogerhuis

top