T.J. Twijnstra

Opleiding
HBS in Wageningen; studeerde Nederlandse letteren aan de Universiteit van Amsterdam (tot 1917); zette studie voort met tussenpozen; doctoraal examen in de geschiedenis te Leiden in 1938.

Functies in het bedrijfsleven
Voorzitter van de Vereniging van Nederlandse Oliefabrikanten 1920-1955; leidinggevende functie bij Unilever 1931-1933; voorzitter van het Kartel van Nederlandse Oliefabrieken vanaf 1935; voorzitter van de groep 'Industrie' van de Woltersom-organisatie 1942-1943 en 1947-1954; algemeen voorzitter van het Verbond van Nederlandsche Werkgevers 1948-1959; onder meer lid van het dagelijks bestuur van de Nederlandse Organisatie der Internationale Kamer van Koophandel, voorzitter van het Bedrijfschap van Margarine, Vetten en Oliën, vice-voorzitter van de Sociaal-Economische Raad (SER); commissariaten bij Bruynzeel, Gero en de Koninklijke Nederlandse Stoomboot Maatschappij.

Maatschappelijke functies
Curator van de Nederlandsche Economische Hoogeschool; lid van het hoofdbestuur van de VVD.

Biografisch portret

• Economisch-Historisch Jaarboek deel 28 (1958-1960) 309-312
• 'Portret van de heer T.J. Twijnstra', in: Willinks kopstukken. Portretten geschilderd door Carel Willink / (red.) L. Brons (z.p. 1986) no. 35
• Biografisch Woordenboek van Nederland / J. Charité (red.), deel III ('s-Gravenhage 1989) 603-604
• Utrechtse biografieën. De Vechtstreek. Levensbeschrijvingen van bekende en onbekende mensen uit de Vechtstreek / A.A. van Baal-De Vries e.a. (Utrecht 1997) 153-159